Biodiversiteit en natuurinclusief, wat zeggen die begrippen ons?
Net als ‘biodiversiteit’ is ‘natuurinclusief’ een woord dat de laatste jaren vaak te horen is maar waar veel onduidelijkheid over bestaat. Die onduidelijkheid leidt nogal eens tot spraakverwarring en misverstanden, soms eindigend in oeverloze discussies. Het is wellicht nuttig bij deze begrippen even stil te staan.
In plaats van biodiversiteit zouden we gewoon biologische diversiteit kunnen zeggen. Feitelijk is biodiversiteit daar gewoon een afkorting van, ook in het Engels. Verscheidenheid in de levende natuur dus. Niet alleen in soorten maar ook in de leefomgevingen van die soorten en soortengemeenschappen. Maar goed na 10 jaar Biodiversiteitsteam Goirle-Riel is biodiversiteit als begrip gelukkig al aardig ingeburgerd. Helaas betekent dat nog niet dat we dit duidelijk terugzien in hoe we met onze omgeving om gaan. Zo vinden we in Goirle in oppervlakte de meeste stenen voortuinen in Midden-Brabant. Als je weet wat dit voor de biodiversiteit betekent, doe je daaraan niet mee. In het stuk Op weg naar een basiskwaliteit natuur wordt de noodzaak hiervan toegelicht.
Natuurinclusief is een andere term die nogal eens wordt gebruikt in combinatie met menselijke activiteiten zoals landbouw en bouwen. In die combinatie drukt natuurinclusief uit dat de activiteit niet alleen rekening houdt met de natuur maar vooral gebruik maakt van wat de natuur je biedt. De natuurinclusieve landbouw benut natuurlijke biologische processen in de bedrijfsvoering. Ook maakt het slimmer gebruik van de omgeving om landbouw en landschap met elkaar te verbinden. Door de landbouw wordt de natuur bevorderd en door de aanwezigheid van natuur is de landbouw mogelijk. Het is wederkerig.
Natuurinclusief bouwen horen we ook steeds vaker. Het is net als in de landbouw het benutten van hetgeen de natuur ons biedt om tot een gezondere leefomgeving te komen. Het is een noodzaak geworden in deze tijd van algehele achteruitgang van de natuur om ons heen, anders gezegd de basiskwaliteit van de natuur in onze omgeving staat onder druk. Natuurinclusief bouwen betekent ruimte laten aan vogels, vleermuizen en planten in de gebouwde omgeving. Die ruimte is nodig omdat al deze organismen bijdragen aan een gezonde leefomgeving. Gierzwaluwen en vleermuizen verorberen per dier gemiddeld zo’n 3000 vliegjes en muggen per etmaal. Beplantingen in de wijk zorgen niet alleen voor voedsel voor bijen en vlinders maar vangen fijnstof af, zetten CO2 om in zuurstof enz.
Het positieve effect van natuurinclusief bouwen zal het grootst zijn als woningbouwverenigingen en gemeenten er een standaard van maken. Maar ook iedere burger en particuliere bouwer en hovenier kan er zijn bijdrage aan leveren. Om dit beter van de grond te krijgen zijn er z.g.n. “toolkits” ontwikkeld die via internet gratis te raadplegen zijn. De belangrijkste site geef ik hieronder. In een samenwerking van Zoogdiervereniging en Vogelbescherming met mij persoonlijk, is die tot stand gekomen. Afhankelijk van de doelgroep worden hierin handzame adviezen met tekeningen e.d. aangeboden. Ook biedt het de mogelijkheid je verder te verdiepen.
We raden eenieder die bouw- en verbouwplannen heeft ze te raadplegen. En geef het aan anderen door: www.bouwnatuurinclusief.nl.
Voor wie zijn tuin natuurinclusief wil maken raad ik de volgende site aan:
https://www.vogelbescherming.nl/mijn-vogeltuin.
Victor Retel Helmrich