Nieuwe oeverzwaluwenwand aan de Surfplas een succes

Goirle kent twee grote plassen in de gemeente, de Oost- en de Westplas. Beide hebben een kunstmatige voorziening voor de oeverzwaluw (Riparia riparia). Een soort die we hier vanaf half maart tot begin september als broedvogel kunnen aantreffen. De soort is beschermd en afhankelijk van steile oevers of kunstmatige oeverwanden voorzien van gaten.

De oeverzwaluw boort elk jaar nestgangen tot ca. 70 cm diepte in het zand om er een nest te maken. De wand aan de Oostplas met 35 nestgaten, bestaat al zo’n 7 jaar en werd vorig jaar voor het eerst volledig bezet. De wand aan de Westplas is dit jaar januari aangelegd en werd meteen een succes. Ons B-team heeft met de afdeling Ontwikkelingen van de gemeente het ontwerp en de bouw uitgebreid voorbereid en uitgewerkt. Deze wand heeft maar liefst 180 nestgaten en valt met een lengte van 40 meter duidelijk op. De grootte en aantal nestgaten is ingegeven door het feit dat in het verleden, toen de plas nog een afgraving was, er een grote kolonie jarenlang stand hield. Recente tellingen van invliegende vogels door leden van ons biodiversiteitsteam leverde in mei en juni van dit jaar eerst 17 en later 31 bewoonde nestgaten op. De kolonie kan zich nog uitbreiden omdat oeverzwaluwen wel 2 broedsels per jaar maken. Voor elk broedsel wordt steeds een nieuwe gang geboord, vandaar het overtal aan gaten t.o.v. het aantal broedparen. Tot in september kan de wand zijn bewoond.

Bedreigingen

Oeverzwaluwen kunnen in de nabijheid van menselijke bewoning en activiteiten voorkomen. Ze broeden ook in zandhopen op bouwterreinen e.d. Belangrijk is wel dat de verstoring door mensen niet van voortdurende aard is. Vogels blijven even weg als mensen bij de nestholen verkeren om als het weer kan terug te komen. Toch is door het ontbreken van een informatieborden en een afscheiding door ons B-team vastgesteld dat er van behoorlijke verstoring sprake was bij de wand aan de Westplas. Jongeren en hengelaars namen post op de wand om er in de zon aan het water te zitten, niet wetende dat zij daar met hun aanwezigheid de oudervogels van de oeverzwaluw verjoegen om hun jongen te voeren. Die jongeren zijn door leden van het B-team aangesproken en geïnformeerd. Ook hebben we het gedeelte boven op de wand met een rood-witte lint gemarkeerd en drie provisorische bordjes geplaatst met een waarschuwende tekst.

Vooralsnog hebben we nog net het vertrek van de gevestigde kolonie kunnen voorkomen maar het mag duidelijk zijn dat de gemeente er een permanente duidelijke afscheiding dient te maken met dito bordjes ter informatie. Het heeft namelijk weinig zin een dure investering voor biodiversiteitsherstel te doen zonder dat maatregelen voor de instandhouding ervan hierop volgen.

Victor Retel Helmrich