Hoe een invasieve plant verbindingen tot stand brengt…

Het laatst op te leveren natuurterrein in de ontwikkeling Land van Anna (voormalig Havep-terrein) heet de ‘Vloedtuinen’. Het is onderdeel van de overstromingsvlakte de Vloed, die vanouds bij natte periodes onder water loopt. De Nieuwe Leij die ooit was rechtgetrokken bij de ruilverkaveling stroomt hier nu weer semi-meanderend door het gebied.
De Vloedtuinen zijn in het nieuwbouwproject uitgegeven als een zogenaamd ‘mandelig’ gebied: de grond is verkocht gezamenlijk bezit van de eigenaars van de tien aangrenzende woningen. Deze mogen het gebied via vlonders betreden, maar worden verder geacht de natuurwaarden van het gebied te koesteren en te ontwikkelen. Het gebied zal worden beheerd als vochtig hooiland en biedt door de aanvoer van schoon mineraalrijk kwelwater een goede kans op bijzondere natuurwaarden.
In het najaar ontdekten we in dit gebied de watercrassula: een plantensoort die wordt gevreesd door natuurbeheerders. Het is een uit Australië afkomstig vetplantje dat zich in nieuw aangelegde en herstelde vennen en moerasgebieden razendsnel weet uit te breiden. Hierdoor ontstaat er een monotone begroeiing waar geen andere planten meer doorheen komen.
Met ingenieursbureau Antea hebben we afgesproken dat we tegen een vergoeding de groeiplaatsen van watercrassula wel wilden bestrijden. Hierop hebben we een plan van aanpak gemaakt en vrijwilligers gezocht. Uit de plaggroep Regte Heide kwamen gelukkig extra helpende handen, en ook de groene MBO-opleiding Yuverta wilde een bijdrage leveren. Via Brabants Landschap konden we plagschoppen lenen en firma Paulissen voerde de containers met plagsel af.
Al bij al hebben we vele tientallen vierkante meters geplagd. Is de plant nu blijvend weg? Die illusie hebben we niet: de plant is inmiddels zo verspreid dat altijd wel een plukje blijft zitten, dat weer opnieuw zal uitgroeien. In de wetenschap wordt dan ook als oplossing een systeemgerichte aanpak genoemd, waarbij de watercrassula niet 100% zal verdwijnen, maar andere planten (die de concurrentie met de soort aangaan) de kans krijgen om zich in de vegetatie te mengen. Op die manier blijft de soort beheersbaar, en ontstaat er geen monocultuur zoals bijvoorbeeld te zien in het Bankven.
Maar de actie heeft ons meer gebracht: tijdens het werk heeft een verslaggever van Brabants Dagblad ons bezocht, wat zorgde voor positieve publiciteit. We kwamen in gesprek met de nieuwe bewoners-eigenaars, die wiens interesse in natuurbeheer we hebben gewekt. En de eerder genoemde samenwerking met plaggroep en Yuverta-studenten bleek uitstekend te lopen. Zo heeft de watercrassula ondanks zijn slechte naam toch voor verbinding gezorgd.